12 stellingen

De volgende 12 stellingen dienen om het opnieuw doordenken van het recht enigszins te richten. Ze zijn bedoeld als begin van gesprekken over het recht, als een verder te ontwikkelen paradigma. Reacties zijn welkom.

1   De wereld is anders dan je denkt!
Dit besef moedigt aan om te blijven onderzoeken. Nieuwsgierig zijn leidt tot vernieuwen.

2   De waarnemer staat centraal.
Er is geen waarneming mogelijk zonder waarnemer. Niet het object van waarneming maar het subject, dat waarneemt, is de dominante factor.

3   Een mens kent de wereld door waar te nemen.
Waarnemen is de basis van kennis. 

4   Vertrouwen beïnvloedt waarnemen, wantrouwen ook.
Het bewustzijn van de waarnemer heeft grote invloed op zijn waarnemen.

5   De wereld is dynamisch.
De wereld beweegt voortdurend en laat zich daarom niet vaststellen.

6   Individu en collectief zijn onlosmakelijk verbonden.
Recht gaat over de verhouding tussen individuen en over de verhouding tussen individu en collectief. Niemand is zelfstandig.

7   Bewustzijn draagt de wereld.
De wereld is primair het beeld dat de waarnemer van de wereld heeft of dat het collectief van waarnemers van de wereld heeft.

8   Onveranderlijke waarheid is niet van deze wereld.
Onveranderlijke waarheid bestaat niet in de wereld. Dit sluit niet uit dat onveranderlijke waarheid wel transcendent kan bestaan.

9   Objectiviteit is een fictie.
Waarnemen is niet onafhankelijk van het subject. Zogenoemde objectiviteit is hooguit een intersubjectief gedeeld beeld. 

10  Zijn gaat vooraf aan denken, denken aan doen.
Handelen vindt zijn oorsprong in denken en denken in bewustzijn.

11  Normen en waarden zijn relationeel.
Normen en waarden hebben alleen betekenis waar sprake is van relaties.

12  De mens is tegelijk inherent goed en inherent kwaad.
Niemand is zuiver altruïstisch of zuiver egoïstisch. Iedereen is in staat tot het goede en het kwade.